'Kuipvrees? Noteer maar: dat is een verzonnen mythe. Onzin, allemaal gelul!'

9 november 2018 om 09:15

De ondermaatse prestaties van Sam Larsson bij Feyenoord hebben 'helemaal niets' te maken met een zogenaamd Kuip-syndroom. ‘Kuipvrees’ bestaat namelijk niet, het is een mythe. Dat zegt Harry van der Laan in gesprek met VoetbalPrimeur.

Voormalig goalgetter Van der Laan was zelf één seizoen (1990/91) in dienst bij Feyenoord. De FOX Sports-analist herinnert zich dat er begin jaren negentig ook al werd gediscussieerd over een Kuip-syndroom: aankopen van de Rotterdamse grootmacht zouden gebukt gaan onder de druk en het immense verwachtingspatroon van Het Legioen. "Noteer maar: Kuipvrees bestaat niet. Dat is een verzonnen mythe", aldus Van der Laan. "Het is totale onzin!"

Gelul
"Of je het wel of niet redt in De Kuip, gaat puur en alleen om kwaliteit. Het heeft niets met Kuipvrees te maken. 10.000, 30.000 of 50.000 mensen in een stadion: doet er niet toe. Het gaat om de weerstanden die bij een topclub ontstaan. Feyenoord-Heracles is een totáál ander duel dan bijvoorbeeld FC Utrecht-Heracles. Er wordt door spelers en fans van Heracles weken naar zo'n wedstrijd toegeleefd. De tegenstander vliegt erop. Bijna elke ploeg graaft zich in en de ruimtes worden dus kleiner. Je krijgt heel ander voetbal."

"Die zaken bepalen of iemand het niveau van Feyenoord wel of niet aankan. Dan gaan ze het over De Kuip hebben… Allemaal gelul! Het draait om kwaliteit. Er zijn zelfs boeken geschreven over Kuipvrees", weet Van der Laan. "Nu heb je 't met Larsson. Bij sc Heerenveen en andere clubs mocht-ie altijd z'n gang gaan. Dat kán nu eenmaal niet in de top, tenzij je een absolute wereldspeler bent misschien."


"Larsson is een gewone linksbuiten die zoekende is. Ik vind dat ze hem best wel gesteund hebben. Larsson heeft al veel tijd en kansen gehad van Feyenoord. Vroeger was dat anders. Als je toen een paar wedstrijden niet goed speelde, stond je ernaast."

"Het is gewoon héél moeilijk. Ik heb het zelf ook meegemaakt. De stap van een Nederlandse club naar Feyenoord, Ajax of PSV is gigantisch. Er zijn maar weinig spelers die daar goed doorheen komen."

Moeilijk
Van der Laan, die ruim honderd goals maakte namens ADO Den Haag en bij drie verschillende clubs topscorer werd van de Eerste Divisie, onderstreept dat het voor een aanvaller extra lastig is in de top. "Een middenvelder kan meevoetballen. Een verdediger moet tegenhouden, dan is men al snel tevreden. Van buitenspelers worden goals en assists verwacht, zij moeten iets extra's brengen. Dat is het allermoeilijkste."

"Steven Berghuis heeft ook fases dat het wat minder loopt, dat-ie het moeilijker heeft. Is nu eenmaal zo. Het heeft ook met het elftal te maken, als het lekker draait wordt het voor een aanvaller makkelijker. Dan maakt Larsson ook sneller z’n goals."

"Aan de andere kant: bij Heerenveen was het geen doelpuntenmachine, hè? Viel wel mee, toch? Als het allemaal even niet lukt, gaat het zelfvertrouwen achteruit. Dan ontbreekt de overtuiging. Met name bij een aanvaller gaat dat keihard, hoor. Een speler als Larsson valt dan terug op hard weken, wil in ieder geval nuttig zijn voor de ploeg - en dat is niet voldoende natuurlijk."

(Paul Audenaerd/VoetbalPrimeur)