Spelersrapport: onvoldoendes voor zes Oranje-basisspelers tegen Italië
De Final Four van de Nations League is voor het Nederlands elftal uitgemond in een teleurstelling. Oranje verloor zondag ook de troostfinale. Italië was in Enschede met 2-3 te sterk. VoetbalPrimeur deelt rapportcijfers uit aan de ploeg van Ronald Koeman.
Justin Bijlow – 5,5: Bijlow werd twee keer van dichtbij gepasseerd. Daar ging vooraf al te veel mis om de Feyenoord-keeper daarop af te rekenen. De 1-3 leek daarentegen niet onhoudbaar.
Denzel Dumfries – 4,5: Zijn Inter-ploeggenoot Federico Dimarco kreeg alle vrijheid aan de rechterkant van Oranje. In de eerste helft werd – pijnlijk genoeg - geen moment duidelijk wat de Nederlandse afspraken waren. Dumfries vertolkte ook nog een ongelukkige rol bij de 1-3.
Lutsharel Geertruida – 4,5: Wellicht speelde vermoeidheid na een lang seizoen een rol, maar het was niet de wedstrijd van Geertruida. De Feyenoorder zag er bij de twee tegengoals niet goed uit en verspeelde de bal ook een aantal keer in de opbouw.
Virgil van Dijk – 5: De Oranje-aanvoerder verdedigde in de eerste helft een paar keer onrustig uit na voorzetten vanaf de zijkant en verzuimde kordaat in te grijpen. Na de pauze had Van Dijk wel een paar nuttige ingrepen, maar bij de 1-3 deed hij helemaal niets.
Nathan Aké – 6: Keer op keer is Aké de beste verdediger van Nederland. De Manchester City-speler bleef ook tegen Italië eenvoudig overeind. Gnonto richtte weinig uit.
Mats Wieffer – 5: Wieffer is al veelvuldig, en niet meer dan terecht, geroemd de laatste maanden. Tegen Italië toonde de middenvelder zich weer een paar keer nuttig, maar had hij het soms ook lastig. Zeker als het tempo werd opgeschroefd.
Frenkie de Jong – 6: De spelmaker gaf vooraf aan dat hij eigenlijk geen trek had in een troostfinale. De Jong probeerde er iets meer van te maken dan tegen Kroatië, maar weer speelde hij een redelijk kleurloze wedstrijd. Al had dat ook te maken met de spelers om hem heen, die weinig diepgang hadden.
Xavi Simons – 5,5: Niemand kan ontkennen dat Simons een groot talent is, maar op dit niveau heeft hij nog moeite om zijn stempel te drukken. De PSV-smaakmaker moet nog wennen aan tegenstanders die net iets sterker, sneller en beter zijn dan in de Eredivisie.
Donyell Malen – 4,5: Malen verkeerde in topvorm in de laatste weken van het seizoen, maar tegen Italië was ook hij niet bij de les. Dimarco ging er keer op keer vandoor en in balbezit was de Dortmund-aanvaller zeer slordig.
Cody Gakpo – 6: Gakpo was betrokken bij de spaarzame gevaarlijke momenten van Oranje. Hij was kort voor en kort na rust heel dicht bij de 1-2. Alleen aan de afronding schortte het, maar Gakpo speelde meer klaar dan zijn collega-aanvallers.
Noa Lang – 5: Lang zat tegen Italië een beetje in dezelfde situatie als Simons. De buitenspeler kreeg de kans na zijn goede invalbeurt tegen Kroatië, was ijverig, maar kon weinig creëren voor Oranje.
Invallers
Georginio Wijnaldum – 6: Hij kwam meteen na rust in het veld en deed het aardig. Na een schitterende steekpass van Veerman maakte hij er nog 2-3 van.
Steven Bergwijn – 6: Zijn invalbeurt tegen Kroatië was op zijn zachtst gezegd teleurstellend, maar in Enschede pikte hij toch weer zijn doelpuntje mee in het Nederlands elftal.
Wout Weghorst – 5,5: Weghorst geeft nooit op en loert altijd op zijn moment. Een kleine tien minuten voor tijd was het raak, de gedachten gingen even terug naar het WK, maar door buitenspel ging het feestje niet door.
Teun Koopmeiners – x: Viel na 63 minuten in en speelde te kort voor een beoordeling.
Joey Veerman – x: Hij debuteerde na 77 minuten, viel een paar keer in positieve zin op, maar speelde te kort voor een echte beoordeling.
Bondscoach
Ronald Koeman – 4,5: Waar Oranje in de eerste helft mee bezig was, is een raadsel. Nederland oogde ongeïnspireerd en werd op alle vlakken afgetroefd. Ook Koeman valt het nodige te verwijten. Zo leek er geen enkel plan om de opkomende Dimarco te beteugelen.