'Door een blessuregolf geteisterd Besiktas kon Ajax óók op tekortkomingen wijzen'

'Ajax slacht kreupel paard', kopt De Telegraaf na de tweede Ajax-overwinning in deze Champions League-campagne. 'Na de loting noemde Erik ten Hag Besiktas de dark horse, de outsider, van Champions League-groep C. In de Johan Cruijff Arena bleek de Turkse kampioen echter niets meer dan een kreupel paard, dat door Ajax aanvankelijk werd gespaard, maar uiteindelijk toch naar het abattoir werd gebracht.'

De Telegraaf ziet dat Erik ten Hag de goede keuze maakte door Steven Berghuis als aanvallende middenvelder op te stellen, in plaats van Davy Klaassen. 'Mede dankzij Dusan Tadic, die in belangrijke wedstrijden altijd boven zichzelf uit lijkt te stijgen', stelt de krant. 'Na ruim zestien minuten spelen legde de sluwe Serviër kappend en draaiend drie tegenstanders in de luren, waarna hij Berghuis de bal op een presenteerblaadje gaf. Met zijn doeltreffende schuiver met links revancheerde die zich voor een misser, een minuut eerder.'

Uiteindelijk werd het 2-0 voor Ajax, terwijl er volgens De Telegraaf meer in het vat zat voor de Amsterdammers. 'Het deerde niemand bij Ajax, want na twee groepsduels is de oogst 'gewoon' zes punten én 5,4 miljoen euro aan winstpremies. Door de dubbele zege lonkt eind september al overwintering in de Champions League.'

'Geen tegenstander beent Ajax bij'
'Ook in Europa kan het niet op', luidt de kop van het Algemeen Dagblad woensdagochtend. 'Ajax heeft een voorschot genomen op overwintering in de Champions League. Een grote score bleef tegen de geplaagde Turkse kampioen Besiktas uit, maar op de 2-0 viel in de kolkende Arena weinig af te dingen.'

'Het elftal van trainer Erik ten Hag bulkt van het vertrouwen en van de automatismen', vervolgt het AD. 'Door de energie, de dynamiek en de chemie waarmee de Amsterdammers door Nederland en Europa trekken, is het hongerige elftal al een maand door geen tegenstander bij te benen. Ook voor het uitgeklede Besiktas dus niet. Passer Blind, het degelijke verdedigingsduo Timber en Martínez, balansbewaker Álvarez, de demarrerende Gravenberch, de creatieve vleugelspitsen: ze brachten Ajax snel in een oppermachtige modus.'

'Daarmee stevende Ajax af op een uitstekende uitgangspositie voor het tweeluik met Borussia Dortmund, na de interlandperiode', concludeert de ochtendkrant. 'Door de overwinningen op de Portugese en Turkse kampioen, die elk een kleine 3 miljoen euro opleveren en de CL-inkomsten tot boven de 50 miljoen euro tillen, is Ajax dichtbij het verwezenlijken van de vurige ambitie om zich na twee mislukte pogingen weer bij de Europese elite te scharen in de knock-outfase.'

'Ajax laat Besiktas op modale Eredivisie-club lijken'
'Sterk Ajax laat Besiktas op modale Eredivisie-club lijken', stelt Trouw daags na de Ajax-overwinning. 'Met bij vlagen oogstrelend voetbal en indrukwekkende rapportcijfers heeft Ajax zich nadrukkelijk genomineerd voor een vervolg in de Champions League na de winterstop. De belangrijkste concurrenten voor de tweede plaats in de poule zijn op achterstand gezet. Ondertussen lopen de inkomsten van het Europese toernooi nu al naar de vijftig miljoen euro.'

'En toch was het door een blessuregolf geteisterde Besiktas in de euforisch gestemde Johan Cruijff Arena óók in staat om Ajax op wat tekortkomingen te wijzen', maakt Trouw een kanttekening. 'Die zullen eruit moeten wil de ploeg het huidige verwachtingspatroon – dat het Europees voetbal heel ver kan reiken – echt waar wil maken.'

'Gemakzucht is belangrijkste tegenstander van Ajax'
'Ajax speelt demonstratievoetbal, maar dan in de Champions League', stelt de Volkskrant. 'Het is vrij bijzonder te noemen, dat de kampioen in Europa bijna makkelijker wint dan in de Eredivisie. Gemakzucht is vooralsnog de belangrijkste tegenstander van Ajax: handenvol kansen missen, goed wegkomen bij onder meer de afgekeurde goal van Karaman, normaliter 2-1.'

'Dit, wat Ajax beleeft, is wat ze flow noemen, zo’n periode dat bijna alles lukt, waarin het zaak is elke dag te plukken én tevens scherp te blijven, hoe moeilijk die combinatie ook is. Want eens zal het minder zijn; dat weten ze zelf ook, de voetballers. Wat Ajax te verwijten viel, is dat het geen 6-0 werd, of 8-2. Dit is voetbal zoals het voor velen is bedoeld, als vermaak voor een vol stadion dat af en toe naar adem hapte, dat de longen telkens vol zoog voor weer een aubade, voor een lofzang op het elftal van Erik ten Hag, die als een dirigent langs de lijn deinde op het ritme van het spel.'