Spelersrapport: veel 'studententienen' bij PSV, één absolute Feyenoord-uitblinker
Het neutrale publiek was de grote winnaar van PSV-Feyenoord, die zelf uit zijn gekomen op een 1-1 gelijkspel. Steven Berghuis opende de score, Donyell Malen maakte voor rust gelijk en de nummers twee en vijf van de Eredivisie konden elkaar de hand schudden. VoetbalPrimeur deelt rapportcijfers uit na een vooral voor rust enerverende topper: veel 5,5 (waar de studenten onder ons voor zouden tekenen) bij PSV, een hoger gemiddelde bij Feyenoord, met één absolute uitblinker.
PSV
Yvon Mvogo – 5,5: De Zwitser heeft zich aardig herpakt na een desastreuze start van zijn Eredivisie-avontuur, maar is geen puntenpakker. Met zijn reflexen is weinig mis, bewees hij toen Bryan Linssen vrij voor hem opdook. Maar Mvogo werd gehaald als 'meevoetballende keeper', terwijl hij juist nerveus oogt als hij van zijn lijn af komt. Zijn huurovereenkomst loopt over één jaar af, maar PSV haalt alvast een nieuwe keeper in de persoon van Joël Drommel. Het geeft te denken...
Denzel Dumfries – 6: Voor rust kwam hij niet veel aan aanvallen toe en moest hij in de tegenstoten op zijn hoede zijn voor Luis Sinisterra. In de tweede helft was PSV de bovenliggende partij, onder aanvoering van Dumfries, die weer lekker kon doen waar hij goed in is: opstomen over rechts en door alles en iedereen heen beuken.
Olivier Boscagli – 5,5: Mocht verrassend rechts in het centrum beginnen, maar kwam daar niet lekker uit de verf met zijn linkerbeen. Bovendien moest hij geregeld aan de bak tijdens de gevaarlijke Feyenoord-counters, die PSV vaak in verlegenheid brachten. In de tweede helft mocht hij weer terug naar zijn eigen plek, maar Boscagli kon zijn stempel niet drukken.
Nick Viergever – 5,5: Maandenlang moest hij toekijken vanaf de bank, maar Viergever is weer opgekrabbeld bij PSV. Zijn wedstrijd tegen Feyenoord zat er na 45 minuten al op: niet omdat hij zo dramatisch speelde, maar omdat hij al geel had gepakt en omdat PSV meer snelheid nodig had in zijn laatste lijn.
Philipp Max – 5,5: Over zijn toegevoegde waarde in aanvallend opzicht hoeft niet gediscussieerd te worden. Maar Max blijft kwetsbaar in het pure verdedigen, zeker in de topwedstrijden. Als Feyenoord gevaar stichtte, gebeurde dat vaak over zijn flank.
Cody Gakpo – 5: Hij was er bijna twee maanden uit met een enkelblessure en werd meteen weer voor de leeuwen gegooid in de topper. Gakpo was vanaf het begin dreigend, maar zijn acties waren weinig gelukkig en het kind van de stad kon zijn stempel niet op het spel van de Eindhovenaren drukken. Na drie kwartier zat zijn wedstrijd erop.
Pablo Rosario – 5: Het is het bekende verhaal van Rosario: nuttig met intercepties op het middenveld, maar weinig onderscheidend in balbezit. Een anoniem optreden van Rosario, met vooral balletjes breed en achteruit.
Ibrahim Sangaré – 5,5: Het is duidelijk wat hij toevoegt aan PSV: fysiek, duelkracht en extra steun voor zijn verdedigers. Het is ook duidelijk wat hij niet toevoegt aan PSV: voetballend vermogen. Met een 'voetballer' naast hem heeft hij zeker toegevoegde waarde, maar de Ivoriaan heeft nog steeds niet overtuigd.
Mario Götze – 6: Hij was opvallend vaak betrokken bij balverlies en misverstanden met ploeggenoten en zat eigenlijk helemaal niet in de wedstrijd. Maar toen brak minuut 38 aan: de assist op Malen verried pure klasse. Götze is fysiek gezien nog altijd niet op de top van zijn kunnen, maar het blijft een mirakel dat zo'n speler in de Eredivisie speelt.
Eran Zahavi – 5,5: De ene week is de hoofdrol voor Zahavi, de andere week is de hoofdrol voor Malen: ditmaal was het tweede het geval. De Israëliër scoorde er flink op los tijdens de afgelopen weken, maar kwam nauwelijks voor de goal en moest zich op andere manieren nuttig maken voor het team. Na 87 minuten werd hij naar de kant gehaald, maar zijn tank was al eerder leeg.
Donyell Malen – 6: Hij heeft alles om ooit in een topcompetitie te spelen en om de eerste spits van Oranje te worden: techniek, snelheid, loopvermogen, flair... Alleen: Malen heeft wel heel veel kansen nodig. Zijn doelpunt tegen Feyenoord was van grote schoonheid, maar hij had er eigenlijk drie moeten maken.
Invallers
Jordan Teze – 7: Dé revelatie van het PSV-seizoen werd verrassend buiten de basis gelaten, maar mocht halverwege alsnog invallen voor Viergever. Hij moest met zijn snelheid de gevaarlijke Feyenoord-counters beteugelen en deed dat na behoren. Een sterke invalbeurt van Teze.
Noni Madueke – 7: Kwam ook tijdens de rust in de ploeg, als vervanger van Gakpo, en zorgde voor meer schwung in het aanvalsspel van PSV. De jonge Engelsman slalomde kort na zijn entree tussen twee tegenstanders door en raakte de paal. Als hij weer honderd procent fit is, kan trainer Schmidt eigenlijk niet meer om Madueke heen.
Yorbe Vertessen – x: Viel vlak voor tijd in voor Zahavi, maar speelde te kort voor een beoordeling.
Trainer
Roger Schmidt – 5
Hij zorgde voor twee verrassingen in zijn opstellingen: Teze – die overigens ook niet honderd procent fit was – begon op de bank en Gakpo – ook niet helemaal fit – begon in de basis. Maar na één helft kwam Schmidt daar alweer op terug: Teze mocht alsnog invallen en Gakpo maakte juist plaats. Vervolgens wisselde hij pas in de slotfase weer, hoewel een aantal PSV'ers steeds vermoeider oogden. Wel gedroeg hij zich verder keurig, ook tegen zijn oude 'vriend' Bas Nijhuis.
Feyenoord
Nick Marsman – 8,5: De absolute uitblinker van deze zondagmiddag, in het seizoen van zijn leven, met dank aan de fysieke ongemakken van collega Justin Bijlow. Marsman moest één keer vissen in Eindhoven, maar behoedde zijn ploeg voor nog meer tegendoelpunten. Nu staat hij voor een interessante keuze: bijtekenen en de concurrentie aangaan met de fitte Bijlow óf transfervrij een mooie overstap maken?
Lutsharel Geertruida – 7: Hij moest eventjes plaatsmaken voor Bart Nieuwkoop, maar heeft bij afwezigheid van zijn geblesseerde collega zijn kans weer gegrepen. Degelijk in verdedigend opzicht, dreigend als hij de weg naar voren zocht.
Uros Spajic – 5,5: Niet goed, niet slecht, maar een degelijk optreden van de Serviër. Spajic bemoeide zich niet met de opbouw, deed zijn ding in de duels en bleef redelijk overeind, hoewel Feyenoord veel kansen weggaf.
Eric Botteghin – 5,5: Hij haalde al in minuut één een bal voor de doellijn weg, maar zat niet meteen lekker in de wedstrijd. De geroutineerde Braziliaan stond opeens in een driemanscentrum en moest daar duidelijk aan wennen. Botteghin stapte vaak te vroeg óf te laat uit en liet Malen meerdere malen ontsnappen: hij mocht van geluk spreken dat het maar één tegengoal tot gevolg had. Na rust ging het beter en koos hij beter positie: Feyenoord moest toen tot in de eigen zestien verdedigen en dan is Botteghin op zijn best.
Marcos Senesi – 6: Commentator Vincent Schildkamp gaf het al aan: van de drie centrale verdedigers was hij degene die zich het meest comfortabel voelt aan de bal. Verdedigend was het echter niet waterdicht: een krappe voldoende.
Tyrell Malacia – 7: Twee minuten voor tijd pakte hij opeens uit met een trucje, verder speelde hij een sobere, gedisciplineerde wedstrijd. De ooit zo onstuimige linksback voetbalde vanuit zijn positie en ging gedoseerd mee naar voren. Malacia bevestigde tegen PSV wat hij tegen Ajax al had laten zien: hij heeft zich spectaculair ontwikkeld.
Steven Berghuis – 7: Hij moest vooral zorgen de zone van directe tegenstander Max afdekken, maar wist zich toch weer te onderscheiden: de bekeken 0-1 kwam van zijn linkervoet en was alweer zijn vijftiende van het Eredivisie-seizoen. Waar zou Feyenoord zijn zonder zijn captain?
Jens Toornstra – 6,5: Normaal gesproken moet hij voor de loopacties vanuit het middenveld zorgen, ditmaal speelde hij iets soberder en iets meer teruggetrokken. De ultieme teamspeler is vrijwel altijd goed voor een voldoende en dat was ook in Eindhoven het geval. In de duels bleef hij overeind.
Orkun Kökcü – 6,5: "Ik hoor wel verhalen dat ik niks laat zien of dat ik de ploeg niet bij de hand neem. Met alle respect, maar wordt dat dan van mij verwacht? Moet ík Feyenoord dragen? Is dat reëel?", vroeg hij zichzelf onlangs hardop af. De Turkse international nam Feyenoord inderdaad niet bij de hand, maar cijferde zichzelf weg tegen PSV en was een meer dan nuttige kracht op het middenveld. Heel vaak kwam hij niet in balbezit, maar als dat wel het geval is, deed hij er meestal iets goed mee. Minpunt was zijn stiekeme elleboogje tegen Boscagli: nergens voor nodig.
Luis Sinisterra – 6,5: Of het ook de bedoeling was, is een tweede: maar de Colombiaan kom mooi een assist op Berghuis noteren. Sinisterra moest zijn momentjes pakken, maar was wel vrijwel altijd betrokken bij de gevaarlijke Feyenoord-counters en onderscheidde zich met uitstekende controles.
Bryan Linssen – 5: De eenzame frontsoldaat wist dat hij niet veel kansen zou krijgen, maar kreeg een hele grote na minuut 18: zijn open kopkans had de 0-2 voor Feyenoord moeten zijn. Verder stichtte Linssen voor rust nog wel gevaar met zijn snelheid, maar in de tweede helft kwam hij minder vaak in het stuk voor.
Invallers
Ridgeciano Haps – x: Loste in minuut 72 Sinisterra af en speelde te kort voor een beoordeling.
Trainer
Dick Advocaat – 5,5: Feyenoord nam een punt mee uit het Philips Stadion en meer dan dat zat er eigenlijk niet in. Advocaat zat niet ruim in zijn middenvelders en loste dat op door zijn verdediger te versterken. Qua resultaat was het 5-4-1 experiment redelijk succesvol, maar De Kleine Generaal mocht doelman Marsman én Vrouwe Fortuna dankbaar zijn. Vooral in de openingsfase waren zijn spelers zoekende en Feyenoord had mazzel dat het na een kwartier niet met 2-0 achter stond.