Feyenoord en Ajax mogen hopen op UEFA-bedrag met zes nullen, 'pech' voor PSV

Sinds 2008 keert de UEFA vergoedingen uit aan clubs voor het afstaan van internationals op het EK, onder de noemer van het Clubs Benefits Programme. Lang niet alle clubs waren er namelijk blij mee dat zij spelers in wie miljoenen zijn geïnvesteerd, 'gratis' zagen vertrekken naar het Europese eindtoernooi. Het afstaan van spelers brengt namelijk de nodige risico's met zich mee voor de clubs, bijvoorbeeld de kans op blessures. Elk EK wordt het potje dat ter beschikking gesteld wordt aan de clubs groter.

UEFA reserveert groot miljoenenbedrag
Voor het toernooi van komende zomer deelt de UEFA dan ook een recordbedrag aan compensaties uit, van in totaal 140 miljoen euro. Dat is tien miljoen euro meer dan op het EK van 2020, dat een jaar later werd gespeeld. Overigens heeft de Europese voetbalbond nog meer geld gereserveerd voor het betalen van clubvergoedingen. Zo vloeide er al honderd miljoen euro van de UEFA naar clubteams over heel Europa, als compensatie voor de Nations League-deelname van spelers tussen 2020 en 2023.

🏆 UEFA's club benefits programme will see €240m made available to clubs who have released players for UEFA national team competitions.

The programme covers #EURO2024, #NationsLeague 2020/21 and 2022/23 and all European qualifiers.

— UEFA (@UEFA) April 8, 2022

Hoe de UEFA de beschikbare 140 miljoen euro precies gaat verdelen onder de clubs die EK-deelnemers afstaan, is nog niet bekend. De bond maakte echter wel al wereldkundig dat het Clubs Benefits Programme zo goed als hetzelfde blijft als bij het vorige EK. Daardoor is het waarschijnlijk dat de UEFA onderscheid maakt tussen de kwaliteit van de clubs en spelers op basis van drie categorieën. Alle spelers die actief waren in de Eredivisie, waren drie jaar geleden onderdeel van de eerste en hoogste categorie. Daardoor lijken de Eredivisie-clubs de maximale vergoeding te ontvangen voor hun spelers.

Voor elke dag dat een speler bij zijn nationale team zit op het EK, krijgt de betreffende club geld. In 2021 was dat 8700 euro per dag voor categorie 1-clubs, waaronder dus alle teams uit de Eredivisie. Komend EK zal dat bedrag nog iets hoger liggen, gezien de verhoging van het compensatiepotje. De dagenteller begint al in de voorbereiding op het toernooi in Duitsland te lopen. Daardoor zal elke speler die wordt opgeroepen voor het EK, een Eredivisie-club naar verwachting mininaal 200 duizend euro opleveren. Als het land van de betreffende speler doorgaat naar de knock-outfase, loopt de dagenteller langer door. Dat zorgt dan weer voor een nog hogere vergoeding.

Bedrag met zes nullen lonkt voor Feyenoord en Ajax, 'pech' voor PSV
Met bovenstaande rekensom in gedachten, is het interessant om een kijkje te nemen bij PSV, Feyenoord en Ajax. De traditionele top-drie van de Eredivisie kan al een redelijke inschatting maken op welke vergoedingssommen het mag rekenen, op basis van de huidige selecties van de EK-deelnemers. Doordat er nu weer een interlandperiode op de planning staat, hebben alle deelnemende landen hun laatste selectie voor het eindtoernooi bekendgemaakt. Vaak wijkt deze niet veel af van de uiteindelijke EK-samenstelling.

Op basis van de huidige selecties zouden er drie PSV-spelers actief zijn op het EK, met Jerdy Schouten (Nederland), Joey Veerman (Nederland) en Johan Bakayoko (België). Dat relatief lage aantal heeft te maken met het feit dat de meeste internationals van PSV hun interlands spelen voor een land buiten Europa. Met Schouten, Veerman en Bakayoko zouden de Eindhovenaren minimaal zes ton aan UEFA-geld ontvangen, ervan uitgaande dat geen van deze spelers om welke reden dan ook eerder naar huis moet. Het genoemde bedrag kan nog oplopen als Oranje en/of België de knock-outfase haalt, wat in de lijn der verwachting ligt. 

Feyenoord heeft maar liefst zeven spelers in de gelederen die op koers liggen voor EK-deelname, op basis van de huidige selecties. Het gaat om Dávid Hancko (Slowakije), Quilindschy Hartman (Nederland), Lutsharel Geertruida (Nederland), Mats Wieffer (Nederland), Quinten Timber (Nederland), Luka Ivanusec (Kroatië) en Ondrej Lingr (Tsjechië).

Met die spelers zou Feyenoord normaal gesproken al verzekerd zijn van 1,4 miljoen euro aan vergoedingen, een bedrag dat tijdens de knock-outfase nog verder op kan lopen. Justin Bijlow en Calvin Stengs zijn door blessures nu niet aanwezig bij het Nederlands elftal, maar zij maken ook nog kans op een EK-oproep.

Bij Ajax hebben vijf spelers goede papieren om actief te zijn op het EK in Duitsland. Josip Sutalo (Kroatië), Borna Sosa (Kroatië), Ahmetcan Kaplan (Turkije), Jordan Henderson (Engeland) en Brian Brobbey (Nederland) werden allemaal opgeroepen voor de komende interlandperiode door een land dat op het eindtoernooi actief is. Sutalo en Brobbey hebben op het laatste moment echter af moeten zeggen wegens blessures.

Als deze vijf spelers het EK allemaal zouden halen, gaat Ajax minimaal één miljoen euro verdienen. Ook dit bedrag loopt nog op, als de Ajacieden goed presteren in Duitsland. Bij de Amsterdammers zijn Benjamin Tahirovic en Steven Bergwijn nog het benoemen waard: eerstgenoemde is vast onderdeel van de selectie van Bosnië & Herzegovina en strijdt in de play-offs om een EK-ticket. Bergwijn is normaal gesproken van de partij bij Oranje, maar keert nu net terug van een blessure.

Al met al mogen vooral Feyenoord en Ajax hopen op serieus geld uit de EK-vergoedingenpot van de UEFA. PSV heeft wat dat betreft pech dat het vooral niet-Europese internationals in de selectie heeft. In juni weten de Nederlandse clubs nog beter op welk UEFA-geld ze kunnen rekenen: dan zullen alle EK-selecties bekend gaan worden.