Onderzoekt wijst uit: Ajax geeft 'eigen jeugd' meeste speeltijd in Eredivisie

De Zwitsers deden onderzoek naar clubs in zestig verschillende competities. Zij keken naar de zogenaamde 'eigen opgeleide spelers' en de speeltijd die zij kregen. In het geval van Ajax komt het CIES uit op elf jeugdspelers die dit seizoen in actie kwamen voor de Amsterdammers. Die spelers hebben een gemiddelde leeftijd van 21,9 jaar en nemen gezamenlijk 45,5 procent van de speelminuten van alle spelers van Ajax voor hun rekening. Het gaat dan om de spelers die dit seizoen onder Maurice Steijn en/of John van 't Schip hebben gespeeld. Op plek twee van de Eredivisie volgt FC Volendam.

Bij het berekenen van de cijfers hebben de Zwitsers gebruikt gemaakt van de volgende definitie van een 'jeugdspeler': 'Zij die tussen de leeftijd van 15 en 21 jaar ten minste drie seizoenen in dienst waren van de club (inclusief het seizoen van hun 15e en 21ste verjaardag). 

Feyenoord en PSV doen het beduidend minder dit seizoen wanneer het aankomt op speeltijd voor jeugdspelers. De Rotterdammers maakten gebruik van zes 'eigen jeugdspelers' (goed voor 24,6 procent van de totale speeltijd), de Eindhovenaren van vijf (goed voor 17,5 procent van de totale speeltijd).  Heracles Almelo en Fortuna Sittard hebben volgens het CIES dit seizoen geen enkele 'jeugdspeler' ingezet. Daarbij lijkt het Zwitserse onderzoek geen rekening te houden met Heracles-spelers die in het verleden uitkwamen in de gezamenlijke academie van FC Twente/Heracles.

In het buitenland voert Dinamo Kiev dit seizoen de lijst aan. Maar liefst 82,9 procent van de speeltijd ging daar naar de jeugdspelers van de club. Op plek twee volgt FK Minsk uit Belarus (71,5 procent). Athletic Club uit Spanje staat derde op de lijst (68,9 procent).