Biseswar: 'Met Slot waren wij ook kampioen geworden bij Feyenoord'

'Als wij Slot hadden gehad bij Feyenoord, waren we ook kampioen geworden'

16 oktober 2023 om 10:30
Laatste update: 17 oktober 2023 om 08:09

In VP's Avonturiers spreekt VoetbalPrimeur met een in Nederland bekende voetballer die ver buiten de landsgrenzen actief is. Hoe gaat het er in verschillende uithoeken van de wereld aan toe, zowel op voetballend als menselijk vlak? In deze episode: Diego Biseswar, die deze zomer transfervrij vertrok bij PAOK Saloniki.

De 35-jarige Diego Biseswar heeft een indrukwekkende loopbaan achter de rug. Ruud Gullit laat hem debuteren als hij net 17 jaar oud is. Uiteindelijk zal hij bijna honderd officiële wedstrijden spelen voor de Rotterdammers, met huurperiodes bij Heracles Almelo en De Graafschap tussendoor. In 2012 verkast de geboren Amsterdammer naar Kayserispor alvorens hij in 2016 bij PAOK Saloniki terecht komt. Daar beleeft hij het absolute hoogtepunt van zijn carrière.

"Het project sprak mij erg aan", vertelt Biseswar over zijn Griekse avontuur. "Ik geloofde in mijn eigen kwaliteiten en het plan van de club. We hebben vier jaar lang de competitie gedomineerd." PAOK Saloniki won in 2019 de Griekse competitie na een droogte van 34 jaar. Biseswar scoorde in de kampioenswedstrijd. Ook werd dat jaar de beker gewonnen, waardoor de eerste double uit de clubgeschiedenis een feit was. "Nooit eerder had ik zo’n gevoel als ik naar wedstrijden ging. Ik vroeg me niet af of we gingen winnen, ik dacht alleen maar aan hoeveel goals we nu weer gingen maken."

'Het geluid van De Kuip gaat hier keer twee'
"Ik heb meerdere klassiekers in Nederland gespeeld, maar daar kunnen ze niet tippen aan hoe het er in Griekenland aan toegaat. Het geluid van De Kuip gaat hier keer twee", stelt de voormalig buitenspeler, die inmiddels als nummer tien speelt. "Op het veld heb ik soms al kippenvel, dan weet je gewoon dat je niet kan verliezen." Biseswar is voor de rest van zijn leven een held in Thessaloniki. "Ik moest elke dag wel een keer op foto en dan werd ik bedankt voor het kampioenschap." Ook de gekte rondom wedstrijden is ongeëvenaard. Zo moest de bekerfinale op neutraal terrein gespeeld worden, in het Olympisch Stadion. Er werd alleen onvoldoende rekening gehouden met de fans en de liefde voor de club. "We sliepen in de bergen en reden met de bus naar het stadion. Ik wist niet wat ik zag. Er waren meer dan 100.000 fans die hun auto op de weg parkeerden, met rijen van tienduizenden auto’s. We konden niet verder met de bus." De aanvang van de bekerfinale moest uitgesteld worden. "We zijn uit de bus gestapt en werden met kleine busjes naar het stadion gebracht."

'Zo'n aansteker als bij Klaassen is hier heel normaal'
Het voormalig Feyenoord-talent wist ook tijdens de wedstrijden soms niet wat hij meemaakte. Groepen ‘fans’ gaan in Griekenland vaak met elkaar op de vuist. "Er wordt door de politie geregeld traangas gespoten zodat ik aan het huilen was op het veld", vervolgt Biseswar. Ook vlogen de aanstekers hem om de oren, reikte het vuurwerk tot de middenlijn en kwam een bierdouche geregeld voor. "Zo'n aansteker als bij Klaassen is hier heel normaal. Een goede corner nemen is onmogelijk. Je neemt hem even snel om weg te zijn, echt niet om hem goed op iemand zijn hoofd te leggen." Gelukkig zijn de stadions volgens Biseswar anders dan in Nederland. “In bijna alle stadions in Nederland zit je dicht op het veld, dat is hier alleen het geval bij AEK en Olympiakos."

'Beter dan Messi wordt het niet'
Biseswar vertelt bevlogen dat de Griekse Super League veel weg heeft van de Italiaanse Serie A. De focus is vooral tactisch en verdedigend. Daarentegen wordt er in de Nederlandse Eredivisie en de Turkse Süper Lig veel meer aanvallend gespeeld. De beste spelers die hij in competitieverband is tegengekomen speelden in Turkije. "Daar had je spelers als Mario Gómez en Ricardo Quaresma bij Besiktas en Felipe Melo en Wesley Sneijder bij Galatasaray." Maar de beste waar hij ooit tegen speelde was een Argentijn. "Ik heb Lionel Messi met eigen ogen gezien, op jonge leeftijd. Beter wordt het niet natuurlijk."

'Kokcü en Geertuida, ik moet het nog zien'
Het huidige Feyenoord volgt Biseswar nog altijd op de voet. De club gaat nooit meer uit zijn hart, blij als hij is met het behaalde kampioenschap. Biseswar is erg onder de indruk en spreekt als ervaringsdeskundige over de stap naar het buitenland. "Ik was weg van de aanvoerder, Kokcü, en ook vooral van Geertruida als hij centraal speelt. Hij ziet het spelletje en is erg goed aan de bal." Wel vraagt Biseswar zich of af de twee jeugdexponenten de absolute top aankunnen, al koos Kökcü deze zomer nog voor een tussenstap met Benfica. "Het is positief dat ze het ook in Europa goed hebben gedaan. Alleen je ziet, zoals in de wedstrijden tegen AS Roma, dat er ook andere dingen gevraagd worden. Ik moet nog zien of ze het aankunnen. Er zijn al veel Nederlandse spelers mislukt in de absolute top in het buitenland."

'Met Arne Slot waren wij ook kampioen geworden'
De zelfkritische Biseswar, die zichzelf vroeger als arrogant en irritant omschrijft, bleef meerdere seizoenen bij Feyenoord, maar werd geen kampioen met De Trots van Zuid. Wel had hij meer verwacht van zijn trainers in die tijd. "Ik miste wel iets bij Erwin Koeman, Bert van Marwijk en Mario Been. Mario Been is echt een topman, liefste coach die ik heb gehad. Maar bij Ronald Koeman en ook Gertjan Verbeek ervaarde ik meer openheid en tactische kennis om een team echt beter te maken." Graag had hij met zijn jeugdliefde Feyenoord kampioen geworden en op De Coolsingel gestaan. "Als wij Arne Slot in onze tijd als trainer hadden, waren we al lang kampioen geworden. Ik heb vroeger nog tegen Slot gespeeld. Op het veld was hij al echt slim, een onderschatte voetballer."

'Gullit en Rijkaard zijn te vroeg gestopt'
De 35-jarige Biseswar, die door zijn clubloze status niet is opgeroepen voor de interlands van Suriname deze maand, overweegt zich te storten op een carrière als trainer. "Het is jammer dat er zo weinig zwarte trainers zijn, terwijl er wel veel voetballers succesvol zijn. Ruud Gullit heeft mij nog laten debuteren, hij is zo vroeg gestopt als trainer, er zat echt veel meer in. En ook Rijkaard, dat vergeten mensen, heeft zoveel bereikt. Zij hadden de nieuwe generatie voetballers die trainer willen worden een steun in de rug kunnen geven."

Biseswar heeft geen verklaring voor het feit dat er weinig zwarte trainers zijn. "Als ik het wist kon ik het oplossen." Met Aron Winter en Henk ten Cate heeft hij bij Suriname twee andere voorbeelden, met wie hij eerst als speler nog een sportief hoogtepunt hoopt te bereiken. "Met Winter en Ten Cate geloof ik er echt in dat ik nog een nieuwe droom in vervulling kan laten gaan. Met Suriname spelen op het WK."