PSV en Brands vinden elkaar weer: hoe verliep zijn eerste Eindhovense periode?

15 februari 2022 om 08:00
Laatste update: 15 februari 2022 om 08:00

Marcel Brands keert komende zomer terug bij PSV. De Bosschenaar volgt dan Toon Gerbrands op als algemeen directeur van de Eindhovense club, maar bij de fans zullen de gedachten voornamelijk teruggaan naar de periode tussen 2010 en 2018. Toen was Brands namelijk als technisch directeur actief in het Philips Stadion en VoetbalPrimeur schetst de hoogte- en dieptepunten uit die periode.

De eerste jaren zonder titel en een mislukt eeuwfeest
Op 21 mei 2010 tekende Brands een vierjarig contract bij PSV als technisch directeur. Zijn eerste taak was om de matige 'post-Hiddinkjaren' een halt toe te roepen en van de gemoedelijke Brabantse club weer een echte titelkandidaat te maken. De eerste stap in die richting was het verkopen van de grond onder het Philips Stadion en De Herdgang aan de gemeente Eindhoven in 2011, waarmee een slordige 50 miljoen euro werd verdiend en de Bosschenaar de transfermarkt op kon. Het teleurstellende eerste seizoen met Brands, waarin PSV derde werd, moest rechtgezet worden.

Dat lukte niet, omdat er onder Fred Rutten geen verbetering ten opzichte van voorgaande jaren werd geboekt. De Wijchenaar werd in 2012 ontslagen en het duo Phillip Cocu-Ernest Faber werd gevraagd om het seizoen af te maken. Zij leidden de club naar opnieuw een derde plaats, maar dat vond Brands niet genoeg. Zeker omdat het eeuwfeest van PSV voor de deur stond: in 2013 vierde de club haar honderdjarig bestaan en dat moest gevierd worden met een kampioenschap.

Dick Advocaat werd als trainer binnengehaald om dat te bewerkstelligen, maar ook hij slaagde niet in de opzet. Voor de derde keer op rij ging Ajax er met de titel vandoor en dat deed pijn in het Eindhovense, omdat met Mark van Bommel, Dries Mertens en Kevin Strootman een aantal toppers in de PSV-selectie rondliepen. Dat was het signaal voor Brands om het roer om te gooien. De Brabantse selectie ging op de schop, Cocu werd definitief aangesteld en met Jeffrey Bruma en Santiago Arias kwamen de eerste spelers naar het Philips Stadion die later successen zouden vieren.

Samen met Gerbrands bouwen aan PSV als topclub
Daarnaast werd in april 2014 Toon Gerbrands aangesteld als algemeen directeur van PSV en dat bleek een schot in de roos. Brands en Gerbrands werkten eerder al succesvol samen en gingen daar in Eindhoven gewoon mee door, aangezien zij in het seizoen 2014/2015 samen de eerste landstitel voor PSV sinds 2008 mochten vieren. Dat was zeker de verdienste van de technisch directeur: hij slaagde erin om Luuk de Jong en Andrés Guardado te halen én behield Georginio Wijnaldum en Memphis Depay nog één extra seizoen voor de club.

Het vertrek van dat tweetal in de zomer van 2015 leek een kostbare klap te worden voor PSV, maar dat was opnieuw buiten Brands gerekend. Hij haalde Davy Pröpper op bij Vitesse en gaf 'kampioenenmaker' Cocu opnieuw een uitstekende selectie ter beschikking, waarmee het clubicoon (met dank aan De Graafschap en Bryan Smeets) ook in 2016 de schaal naar het zuiden haalde. Na het teleurstellend verlopen seizoen 2016/2017 werd er vervolgens vertrouwen gehouden in Cocu en die betaalde dat dubbel en dwars terug.

In het laatste jaar van zowel Brands als Cocu bij PSV werd de club namelijk opnieuw kampioen van Nederland. Met door de directeur gemaakte voltreffers als Hirving Lozano en Marco van Ginkel kon in april 2018 na een direct duel met rivaal Ajax het 24e landskampioenschap van de club gevierd worden. Die titel is nog steeds de laatst behaalde landstitel van PSV en pas in 2021 konden de Eindhovenaren met het winnen van de Johan Cruijff Schaal  weer eens een prijs aan de erelijst toevoegen.

De financiële klappers van Brands als technisch directeur
Dries Mertens, Kevin Strootman, Memphis Depay, Luuk de Jong, Jeremain Lens, Georginio Wijnaldum, Santiago Arias en Hirving Lozano: het zijn zomaar acht voorbeelden van spelers die door Brands als technisch directeur voor relatief weinig of geen geld naar Eindhoven werden gehaald en later voor een veelvoud door werden verkocht. De verkoop van Depay aan Manchester United voor 34 miljoen euro, het hoogste bedrag dat Brands binnenhaalde, was destijds een clubrecord en pure winst. De aanvaller werd namelijk zelf opgeleid in Eindhoven.

Enkele jaren eerder had de Bossche directeur al naam en faam gemaakt op de transfermarkt door Mertens en Strootman voor weinig geld over te nemen van FC Utrecht. Het tweetal kostte samen dertien miljoen en leverde twee jaar later 27 miljoen euro op. Tussendoor werd ook nog even Georginio Wijnaldum voor vijf miljoen opgehaald bij Feyenoord en voor vier keer dat bedrag doorverkocht aan Newcastle United.

Ook het huidige clubrecord voor een uitgaande transfer bij PSV mag nog aan Brands toegeschreven worden. Lozano ging in de zomer van 2019 voor 35 miljoen euro naar Napoli en wie had twee jaar eerder nog een risico genomen door ruim twaalf miljoen neer te tellen voor de Mexicaanse vleugelaanvaller? Juist, Brands. Als je de winst op de acht eerder genoemde spelers bij elkaar optelt en de Lozano-deal meeneemt, kun je stellen dat er onder de voormalig middenvelder zeker 120 miljoen euro aan transferwinst in de Eindhovense clubkas gevloeid is.

De missers van Brands op de transfermarkt
Er wordt wel eens gezegd dat voor iedere voltreffer op de transfermarkt, een technisch directeur twee spelers haalt die floppen. Die verdeling gaat voor Brands in ieder geval niet op, want je moet goed zoeken om aankopen tegen te komen die amper of niet gerendeerd hebben in het Eindhovense shirt. Toch zijn ze er en er is zelfs één speler die nog steeds onder contract staat bij PSV. Maxi Romero werd in 2017 voor maar liefst tien miljoen euro  overgenomen van het Argentijnse Vélez Sarsfield, maar was sindsdien eigenlijk alleen maar geblesseerd.

Het is misschien wat flauw om die mispeer aan Brands toe te schrijven, maar hij wist wel dat hij risico nam. Romero was namelijk al geblesseerd toen PSV hem overnam. De technisch directeur wilde op die manier de 'concurrenten te slim af zijn', maar het bleek uiteindelijk toch een te groot risico te zijn geweest. Spelers die voor veel geld gehaald werden, wél de nodige wedstrijden in het roodwitte shirt speelden en alsnog weinig indruk maakten, zijn ook op te noemen.

Wat te denken van Derrick Luckassen, die voor vijf miljoen van AZ overgenomen werd en nooit kon bewijzen waarom hij die transfersom waard was? Of Tim Matavz, die met hoge verwachtingen overkwam van FC Groningen en waar de Eindhovense club uiteindelijk drie miljoen verlies op leed op de transferbalans? Ook de aankopen van Adam Maher, die zijn som van acht miljoen euro niet wist waar te maken, en de voor bijna vier miljoen euro gehaalde Marcelo kunnen onder het kopje 'missers' geschaard worden.

Conclusie: PSV zet de achtervolging op Ajax in met Brands
Het staat echter in schril contrast met de bakken met geld die Brands binnenhaalde met de wél geslaagde transfers en PSV heeft zich voor de komende jaren dus verzekerd van iemand die het voetbalwereldje én het zaken doen op zijn duimpje kent. Tel daarbij op dat de Bosschenaar ook al eens algemeen directeur was bij RKC Waalwijk, PSV goed kent en in zijn eerdere periode bij de club de ene na de andere prijs binnenharkte en je kunt je niet aan de indruk onttrekken dat de Brabantse club een gouden zet heeft gedaan.