Ajax zet kroon op succesjaar: 34ste landstitel en eerste dubbel sinds 2002
Ajax is kampioen van Nederland. Het duel met De Graafschap leverde woensdagavond geen problemen op, terwijl PSV niet voor het Wonder van Eindhoven wist te zorgen. Op De Vijverberg werd het 1-4. Het is de eerste keer sinds 2002 dat de Amsterdammers beslag leggen op de dubbel (landstitel en KNVB Beker).
Ajax kroonde zich afgelopen zondag na de 4-1 zege op FC Utrecht en 0-1 nederlaag van PSV bij AZ tot de officieuze kampioen van Nederland. Alleen een wonder kon nog roet in het Amsterdamse eten gooien: PSV moest dan een achterstand van drie punten en veertien doelpunten overbruggen. Dat gebeurde niet, want Ajax rekende op De Vijverberg af met het trauma van 2016.
De Amsterdammers speelden tegen De Graafschap een typische kampioenswedstrijd. Het spel was stroef en de brutale thuisploeg kwam aanvankelijk tot een aantal prima kansen. Ajax zette daar mogelijkheden voor Dusan Tadic, Donny van de Beek en Daley Blind tegenover. In de 37ste minuut brak Lasse Schöne de ban. Hij schilderde een vrije trap in de kruising: 0-1.
Lang kon Ajax niet genieten van de voorsprong. Drie minuten na de openingstreffer van Schöne zette Youssef El Jebli zijn ploeg weer op gelijke hoogte: 1-1. Amper vijf minuten later was het wéér raak. Nicolas Tagliafico tikte de bal binnen na uitstekend voorwerk van Hakim Ziyech.
In de tweede helft kwam Ajax niet meer in de problemen. De Graafschap leek met het oog op de play-offs ook gas terug te nemen. Na een fraaie rush van Frenkie de Jong werd het vanaf de penaltystip 1-3. Dusan Tadic maakte zijn 27ste treffer van het seizoen, één minder dan topscorer Luuk de Jong. Door zijn tweede treffer van de avond, na 87 minuten, deelt hij de topscorerstitel met de PSV-spits.
Door de overwinningen van Ajax en PSV, dat Heracles Almelo versloeg in eigen huis, beëindigt de top-twee het seizoen met een gat van drie punten. Na het veiligstellen van de 34ste landstitel gaan de gedachten ook terug naar Abdelhak Nouri, die rugnummer 34 droeg.