'Ik zat op de bank bij Ajax en dacht: als ik moet invallen, dan verpest ik het'
14 november 1998. Dat was de dag dat Brutil Hosé tijdens het competitieduel met PSV zijn debuut maakte in het eerste elftal van Ajax. Hosé, ooit gebombardeerd tot 'de nieuwe Patrick Kluivert', herinnert zich vooral dat hij enorm nerveus was.
"Op de bank zat ik zo ver mogelijk van de trainer Morten Olsen vandaan. Weggedoken in mijn jas. Nooit naar voren leunend, anders zou hij me kunnen zien en zou hij weleens op het idee kunnen komen me te laten invallen. Ik zat naast Mario Melchiot en dacht alleen maar: als ik moet invallen, dan verpest ik het", aldus de inmiddels 38-jarige Hosé in een interview met Voetbal International. "Het ging niet goed met Ajax toen. En we stonden ook nog achter. Die druk voelde ik. Op de training stond ik tegenover de De Boertjes, Laudrup en Blind. Alleen al fysiek was ik daar totaal niet klaar voor."
Olsen doet uiteindelijk tóch een beroep op Hosé. "De trainer praatte met een gek accent. Dus toen hij me zei dat ik moest warmlopen, verstond ik hem niet. En toen Mario me van de bank wegduwde, dacht ik dat het een grapje was. Ik denk dat veel mensen niet beseffen wat een druk erbij komt kijken voor een negentienjarige. Als er vijftigduizend mensen naar je kijken, en dan nog tegen PSV..."
"Ik raakte erdoor verlamd. Mijn benen liepen vol terwijl ik warmliep. Ik trok een paar sprintjes, maar was direct bekaf", aldus Hosé. "Van de wedstrijd weet ik bijna niks meer. Alleen dat ik doorbrak, op Ronald Waterreus afging en ik blij was dat hij me neerhaalde. Ik had echt niet geweten wat ik met die kans had moeten doen."
Hosé brak uiteindelijk nooit door bij Ajax. Later speelde hij onder meer voor Sparta, FC Dordrecht en diverse clubs in het Midden-Oosten.