'Vierde middenvelder van Ajax' baalt: "Ja, dat gevoel heb ik wel"
Donny van de Beek moet het dit seizoen hebben van invalbeurten bij Ajax. Daar baalt hij van. Onder Frank de Boer maakte hij meer speelminuten dan onder Peter Bosz, die nu de scepter zwaait in Amsterdam.
"Ik wil het liefst zo snel mogelijk in het eerste staan, maar het is op dit moment even niet anders", reageert Van de Beek tegenover Ajax Life. "Dat bedoel ik in de positieve zin van het woord. Ik ben niet ongeduldig. Ik ben eerder gretig dan ongeduldig. Laten we het daar op houden. Tijdens trainingen net zo goed. Het is zoals de trainer zegt: ik moet zorgen dat ik er klaar voor ben."
Van de Beek bestempelt zichzelf als 'vierde middenvelder'. "Ja, dat gevoel heb ik wel. Ik ben de vierde man op het middenveld, maar perspectief is er voldoende. Ik moet gewoon scherp blijven, blessures en schorsingen kunnen zich zo voordoen en dan moet je er wel staan. Zodra ik de kans krijg, moet ik het laten zien."
Van de Beek viel zondag opnieuw in, tegen Vitesse. "Het is soms best lastig om in te vallen. Het hangt een beetje af van het tempo van de wedstrijd. Soms ligt het tempo hoog en dan kun je gelijk mee, soms zakt een ploeg in. Dan moet je je ritme zoeken, dat is lastiger. Een basisplaats blijft het lekkerst. Je werkt dan echt toe naar een wedstrijd. Maar als invaller moet je het ook laten zien en als je het goed doet, komt de kans vanzelf."