'Ik had geen trek in PSV en Arsenal, ik droomde van De Kuip en Feyenoord'
Veel spelers dromen ervan, maar voor Jordy Wehrmann is het de realiteit: voetballen in Indonesië. De 25-jarige Hagenaar, die lang bij Feyenoord speelde, voelt zich compleet senang op de plek waar zijn roots liggen. Omringd door familie en vrienden timmert hij aan de weg bij Madura United, en hopelijk binnenkort ook bij nationale elftal, zo vertelt hij aan VoetbalPrimeur.
Op 25 oktober van 2020 leert het grote Nederlandse voetbalpubliek Wehrmann kennen. Het jeugdproduct van Feyenoord maakt op die dag zijn Eredivisie-debuut voor de Rotterdammers. Ruim vier jaar later, na periodes bij FC Dordrecht, FC Luzern, ADO Den Haag en NK Vukovar, speelt Wehrmann op het Indonesische eiland Madura, ten noorden van Oost-Java.
"Het is fantastisch hier. Ik heb hier echt mijn draai gevonden. Mijn beide broertjes zijn hier nu ook", aldus de middenvelder. Familie is belangrijk voor Wehrmann. "Mijn oma is er ook op dit moment. Zij is geboren in Indonesië. Ze is vorige maand gekomen en blijft in principe tot aan het einde van het seizoen. Daar ben ik echt heel dankbaar voor. Het is echt heel bijzonder."
Als Wehrmann niet thuis is, staat hij op het veld. Madura speelt op het hoogste niveau van de Indonesische competitie, die de laatste jaren vanwege het aantrekken van bekende namen steeds bekender is geworden. Hoe is het niveau? "Ik heb natuurlijk in Nederland, Zwitserland en Kroatië gespeeld, en eenmaal hier merk je wel echt dat het Nederlands voetbal tactisch verder is, maar hier hebben ze weer andere dingen."
Geen PSV en Arsenal, maar 'dromen van De Kuip'
Dat de Nederlandse topclubs tactiek hoog in het vaandel hebben staan, merkte Wehrmann als jeugdspeler van Feyenoord. De middenvelder voelde zich zo goed in Rotterdam, dat hij twee geïnteresseerde clubs afwees. "Dat is wel heel lang geleden hoor, toen was ik zestien. Maar het ging om PSV en Arsenal. Op dat moment ben je nog een jongetje. Je bent liefhebber en aanvoerder van Feyenoord O17. Dan train je op Varkenoord, en zie je De Kuip door de bomen heen. Op zo'n moment ben je helemaal nog niet bezig met geld verdienen, of naar het buitenland gaan."
"Je hoopt dan gewoon op Feyenoord en droomt van De Kuip en niets anders. We hebben toen wel gesproken, maar ik heb toen door laten schemeren dat ik het niet zag zitten. Achteraf, negen jaar later, denk je: dat was misschien toch wel mooi geweest."
Terug naar Indonesië, waar Wehrmann direct merkte dat het voetbal anders gespeeld wordt dan in zijn geboorteland. "In Nederland probeert men echt met een tactisch sterk idee het veld op te gaan. Dat is hier ook wel - het is niet zo dat wij het veld op gaan en maar wat doen - maar in Nederland wordt echt over elke tegenstander heel tactisch nagedacht", legt Wehrmann uit. "Je ziet in Nederland vaak dat de betere ploegen veel balbezit hebben, terwijl je merkt dat hier iedereen van iedereen kan winnen."
Het niveau kan dan wel lager liggen in Indonesië, maar op het gebied van inzet en werklust ligt het mijlenver voor op Nederland, vindt de Hagenaar. "De Indonesische jongens zijn zó gemotiveerd. Die voetballen ook echt om hun families er goed bij te laten zitten. Als trainers zeggen: We gaan veertig rondjes lopen, dan is er niet eentje die vraagt: Is vier niet ook zat? Dan lopen ze er gewoon één extra. Uit zichzelf. Hier wordt er gewoon gedaan wat er van je gevraagd wordt."
De gemiddelde voetbalkenner zal Indonesië misschien niet zo snel inschalen als een echt voetballand, maar niets is minder waar. Het land leeft voor de sport, en de spelers die uitkomen voor het nationale elftal zijn volkshelden. "Het groeit enorm. Dat merk je in alles. Het is een enorme gekte qua supporters, alleen is er twee jaar geleden die ramp geweest."
De vreselijke Kanjuruhan-stadionramp
Wehrmann doelt op de De Kanjuruhan-stadionramp, die maar liefst 135 mensen het leven kostte. Daarna is er veel veranderd. "Dat was echt vreselijk. Het heel veel impact gehad hier. Sindsdien zijn er enorm veel stadions op de schop gegaan, omdat ze niet voldeden aan bepaalde veiligheidsregels. Madura, waar ik speel, heeft ook dat probleem. We hebben nu wel een eigen stadion, alleen dat is nu vier uur rijden. Dus je merkt nu gewoon dat de stadions op dit moment minder gevuld zijn dan je gewend bent. En dat heeft alles te maken met het drama dat zich toen heeft afgespeeld. Als alles weer kan en mag, dan zit elk stadion bom en bomvol."
The company in charge of redevelopment work at the Kanjuruhan Stadium in Indonesia — where 135 fans died on October 1, 2022 in one of the world’s worst football disasters — has apologised to victims’ families after demolishing one of the gates that was going to be retained as a… pic.twitter.com/IJs4YUNIc7
— The Athletic | Football (@TheAthleticFC) July 25, 2024
De vreselijke ramp in Indonesië bracht mensen in het land samen. Fans van rivaliserende clubs besloten de strijdbijl te begraven. Even geen tijd voor haat of supportersgeweld. Het zegt veel over hoe hoog menselijkheid in het vaandel van de gemiddelde Indonesiër staat, constateert Wehrmann. "De mensen zijn zo warm hier. De Indonesische cultuur staat er sowieso bekend om dat je heel erg welkom geheten wordt. Het is heel respectvol. Mensen die hier op vakantie zijn, mensen die hier werken: je wordt echt omarmd."
"En als je ze wat teruggeeft, door bijvoorbeeld goed te presteren voor de club waar ze van houden, dan ben je een soort van held, weet je wel? Jij vertegenwoordigt hun club, hun stad en hun kleuren. Dan krijg je zoveel liefde over je heen, met berichten en foto's die ze met je willen maken. Ik heb zelfs huwelijksaanzoeken gehad, haha."
Van Jong Oranje naar interlands in Azië
Wehrmann speelde voor diverse jeugdelftallen van Oranje. Op 15 november 2019 trad hij als international van het O19-elftal nog samen met spelers als Jeremie Frimpong, Noa Lang en Jordan Teze aan tegen de leeftijdsgenoten van Frankrijk. Een debuut in het Nederlands elftal kwam er niet van, maar zijn interlanddroom is levendiger dan ooit. "Er is zeker contact geweest", doelt Wehrmann op hemzelf en de Indonesische voetbalbond.
"Er is een aantal jaar terug een enorme misvatting geweest", gaat hij verder. "Ik was eigenlijk de eerste speler van een hele nieuwe generatie die toen gevraagd werd. Alleen toen was het nog veel minder duidelijk. Je mag namelijk geen dubbele nationaliteit hebben. Dat is officieel verboden. Dus ik wilde wel eerst weten hoe en wat. Want ja, je Nederlandse paspoort opzeggen, daar zitten gewoon consequenties aan. Toen heb ik gezegd dat ik het een enorme eer vond, maar dat ik wel duidelijkheid wilde hebben. Uiteindelijk heb ik daar toen niet echt antwoord op gekregen, en hebben ze het een beetje als een belediging gezien. Dat was helemaal niet hoe ik het bedoelde natuurlijk. Gelukkig is dat nu weer goed."
'Ik hoop in maart bij het nationale team te zitten'
Even was er dus stilte op de lijn, maar nu is het weer gaan leven, verklapt Wehrmann. "Ze hebben mij in juli of augustus gebeld. Toen vroegen ze hoe ik er nu tegenover sta. Ik gaf aan ervoor open te staan, en beschikbaar te zijn. Sindsdien hebben ze eigenlijk gezegd dat ze het proces zouden gaan starten." Wehrmann hoopt in maart al deel uit te maken van Garuda, dat na de 2-0 zege op Saudi-Arabië serieus kans maakt om zich te gaan kwalificeren voor het WK van 2026. "Dat zou heel mooi zijn. Ik heb hier natuurlijk nu ook mijn werkvergunning, dus dingen kunnen nu ook soepeler lopen. Ik hoop echt dat ik mijn kwaliteit toe mag gaan voegen aan dat elftal, want ik geloof echt dat ik van waarde kan zijn. Het is een mooie ploeg."
De droom om voor Indonesië uit te komen, zit bij Wehrmann heel diep. "Ik ben hier ook bewust komen spelen en wonen. Ik voel me ook Indonesisch. Het is niet dat ik hier de mooie jongen uit wil gaan hangen. Uiteindelijk wil je ook gewoon het land vertegenwoordigen en strijden voor je land."