'Cruijff moest ons om zich heen hebben om te kunnen schitteren bij Ajax'
Sjaak Swart denkt met weemoed terug aan de tijd waarin hij samen met Piet Keizer en Johan Cruijff in de voorhoede van Ajax speelde. De laatste zou deze week 75 jaar zijn geworden en dus blikt het Ajax-icoon terug.
Swart hoeft er geen seconde over te twijfelen: Cruijff was de beste van zijn generatie. "Geen discussie mogelijk", zegt hij tegen de NOS. "Punt uit. Maar in de periode van ongeveer 1965 tot 1973, toen we vier Europa Cup-finales speelden en er drie wonnen, was hij vooral zo goed omdat wij als elftal volkomen op elkaar ingespeeld waren. Johan moest ons om zich heen hebben om te kunnen schitteren."
Cruijff heeft volgens Swart niet alleen veel aan zijn ploeggenoten gehad, maar ook aan de manier waarop de groep geleid werd. "We hebben in die jaren vijf seizoenen met hetzelfde elftal gespeeld en dan raak je zo op elkaar ingespeeld, weet iedereen wat hij moet doen. Dat was er ingeslepen door Rinus Michels. Echt, dat was fantastisch."
Vaak denkt Mister Ajax terug aan wedstrijden waarin hij en Cruijff elkaar goed konden vinden. Dat waren er genoeg, zo zegt Swart zelf. "Johan en ik waren zo op elkaar ingespeeld. Ik hoefde niet eens naar hem te kijken om te weten wat hij deed en waar hij de bal ging neerleggen. En dat konden we hoor, een pass geven over veertig of vijftig meter. En dan nam hij de bal gewoon aan met de hak."