Ajax op rapport: Haller de matchwinner, maar ook enkele onvoldoendes

Andre Onana – 7: Hij maakte zijn veelbesproken rentree onder de lat. Op de harde strafschop van Rachid Ghezzal was Onana kansloos, maar kort voor rust hield hij Cyle Larin knap van scoren af. We zijn tien maanden verder, maar het was weer als vanouds met de Kameroener.

Noussair Mazraoui – 5: Met een ongelukkige en vreemde handsbal stond hij aan de basis van de eerste Besiktas-treffer. Mazraoui werd daarna nog een keer dolgedraaid door zijn tegenstander. Het was één van zijn mindere optredens dit seizoen.

Perr Schuurs – 6: Schuurs bleef verdedigend overeind, maar opvallend genoeg liet hij juist voetballend wat steekjes vallen. Dat corrigeerde de Limburger dan wel weer snel door kordaat in te grijpen.

Lisandro Martínez – 7,5: Martínez blonk niet uit met verdedigende acties tegen de Turken, maar wel met zijn inbreng bij beide goals. Vooral zijn schitterende pass op Tagliafico mocht er zijn, waardoor Ajax langszij kwam.

Nicolás Tagliafico – 7: Bij zijn terugkeer in de basis ging Tagliafico meteen weer voorop in de strijd. De Argentijn gaf na een goede loopactie de assist bij de 1-1 en onderstreepte daarmee de woorden van Ten Hag dat Ajax meer dan elf basisspelers heeft.

Davy Klaassen – 5: Hij was de vervanger van Edson Álvarez, maar stond een stuk hoger dan de Mexicaan. Daardoor was Ajax zeer kwetsbaar in de omschakeling. Het ging iets beter tijdens de korte momenten dat Klaassen naast Gravenberch stond, maar vaak was hij een stapje te laat.

Ryan Gravenberch – 5,5: Door de absentie van Álvarez was hij de controleur, maar dat keurslijf zit Gravenberch bepaald niet als gegoten. Dat had als gevolg dat het middenveld soms werd overlopen. Ook in balbezit had hij weinig verrassende oplossingen in huis.

Steven Berghuis – 6: De nummer tien van Ajax moest zijn positie tegen Besiktas 'delen' met Klaassen. Dat pakte niet goed uit, want Berghuis werd voor rust nauwelijks gevonden. In de tweede helft had hij het al een stuk beter naar zijn zin in het Vodafone Park.

David Neres – 5: Neres kende een wat voorzichtige start in Istanbul. De Braziliaan glipte later wel een paar keer langs zijn man en schonk onder meer de Daramy een grote kans, maar het waren zeldzame oplevingen. Zijn landgenoot Antony is hem in alles voorbij.

Dusan Tadic – 6,5: De Servische aanvoerder oogstte al vaak lof voor zijn rol als valse spits in de Champions League. Tegen Besiktas had Tadic echter moeite om als aanspeelpunt te dienen. Na rust verhuisde hij naar de linkerkant, waar het beter ging.

Mohamed Daramy – 5,5: De meest dreigende Ajax-aanvaller, maar ook de meest slordige. Hoewel Daramy een paar keer opviel met een individuele actie, was hij bijzonder wild in de afronding en miste hij drie grote kansen. De jonge aanwinst als zondebok aanwijzen, is echter te makkelijk.

Invallers
Sébastien Haller – 8: Het is haast niet te geloven, maar hij doet het weer in de Champions League. Het waren niet de moeilijkste ballen, maar Haller maakte al zijn achtste en negende treffer in de groepsfase. Het was sowieso al een prima invalbeurt.

Jurriën Timber – x: Speelde te kort voor een beoordeling. 

Daley Blind – x: Speelde te kort voor een beoordeling.

Devyne Rensch – x: Speelde te kort voor een beoordeling.

Kenneth Taylor – x: Speelde te kort voor een beoordeling.

Trainer
Erik ten Hag – 6,5: Met Davy Klaassen als vervanger van Edson Álvarez bleek het middenveld van Ajax bijzonder kwetsbaar. Ten Hag speelde met Ryan Gravenberch als enige controleur, maar dat was geen gelukkige keuze. In de tweede helft voerde de coach wel een gouden wissel door met Sébastien Haller en heel Ajax begon daarna beter te draaien.