"Klaassen wist toen al precies wat hij er voor over moest hebben"

Arnold Mühren reikt zondag bij winst van Ajax de KNVB Beker uit. "Ik zie het verzoek om een prijs uit te reiken ook als een kroon op mijn werk als jeugdtrainer", laat de 62-jarige oud-international weten in De Telegraaf.

"Als ik de prijs mag overhandigen dan zal ik wel even denken aan de jongens die ik onder mijn hoede heb gehad in de C2: Ricardo van Rhijn, Daley Blind, Davy Klaassen, Joël Veltman, Stefano Denswil en Lesly de Sa. Als jeugdtrainers hebben we allemaal van de F-jes tot de A-junioren een steentje bijgedragen aan de ontwikkeling van die jongens", stelt de Volendammer.

"Oud-voetballers willen als trainer allemaal het liefst bij Real Madrid werken, maar het werken in de jeugd is veel belangrijker", vervolgt Mühren. "Eigenlijk zou je de beste trainers in de jeugd moeten laten werken, want die jonge jongens moeten nog heel veel leren. Die kunnen er nog zoveel vooruitgang mee boeken.”

Klaassen en Denswil, nu spelers van het eerste elftal, maakten op jonge leeftijd al indruk op de oud-speler. "Klaassen was een jaar of dertien toen ik met hem werkte. Ik had toen geen twijfel of hij het zou redden. En dat kwam omdat hij niet alleen goed kon voetballen, maar daarnaast ook mentaal alles op een rijtje had. Die jongen wist toen al precies wat hij er voor over moest hebben om het te redden als voetballer. Denswil had dat ook."